Nieuw Testamentische realiteiten 1 van 3; De leugens niet meer geloven
Hallo allemaal,
Toen ik op 16-jarige leeftijd bij de Vader kwam, kwam mijn afschuwelijke zelfbeeld met me mee: afgewezen door mijn aardse vader, worstelend op school, en belast door het feit dat ik de oudste van 4 kinderen was en mijn plotseling alleenstaande moeder ons probeerde op te voeden. Ik had de druk om plotseling de 'handhaver' te zijn in plaats van mijn vader; en over het algemeen gesproken gaf ik niets meer om school, het leven. Ik had geen richting meer in mijn leven en geen zin om maar iets te doen. Dat was wie ik was.
Maar toen ik de Vader leerde kennen, was Hij precies het tegenovergestelde. Ik las in de Bijbel een waarheid over Zijn liefde, maar innerlijk streed ik tegen die liefde vanwege hoe ik over mezelf dacht. Ik kende mijn verleden. Ik kende mijn zonden. Ik kende mijn pijnen. Ik kende de boosheid en bitterheid in mijn hart over de oneerlijkheid van het leven. Ik kende het slechtste van mezelf.
Toen ik wat ik over mijzelf wist, ging vergelijken met wat het Woord zei over Zijn liefde voor mij, was het moeilijk dit te geloven. De verschillen waren zo groot, zo tegengesteld. Hoe kon Hij vertrouwen in mij hebben als ik geen vertrouwen in mezelf had?
Op zoek naar overeenstemming
"Wanneer Satan een leugen spreekt, spreekt hij naar zijn aard” is wat Jezus tegen de religieuze leiders zei in Johannes 8:44.
Satan is alleen wanneer hij een leugen spreekt, en hoopt dat wij ons aan die leugen zullen vastklampen, waardoor er een overeenkomst tussen hem en ons ontstaat, waardoor hij en zijn volgelingen toegang krijgen tot ons leven.
Allereerst kwam het besef, toen ik gelovig werd, dat mijn afschuwelijke zelfbeeld en alle andere 'slechte' dingen in mijn hart, zonde waren en iets dat verworpen moest worden. Ik had die dingen niet als 'zonde' beschouwd, maar eerder dat het leven zo is, gewoon wat ik om me heen zag, hoewel ik intuïtief wist dat het gedrag van sommige van mijn klasgenoten op de middelbare school hen naar de ondergang en een vroegtijdig graf zou leiden. Dus toen ik tot de Heer kwam, moest ik eerst geloven dat de 'negatieve' verlangens en gedachten in mij hun wortels hadden in de duisternis, in Satans rijk.
Toen ik dat eenmaal zag en begreep, realiseerde ik me dat dit de eerste stap was om het leven vanuit Gods gezichtspunt te zien. Dus dat was goed.
Ja, het was waar, die dingen waren echt met ons gezin gebeurd, mijn ouders waren echt gescheiden, enzovoort. Ik was echt boos, gekwetst, enzovoort - dat was allemaal waar en echt, maar gegrond in de duisternis van Satans rijk. Geestelijk was ik het niet meer met hem eens, maar mentaal en emotioneel moest ik die overeenkomst verbreken. Ik moest nieuwe gedachten gaan denken. Nieuwe gevoelens voelen.
Het verbreken van de overeenkomst
Als je de waarheid zoals Satan je ziet niet meer wil geloven, verbreekt dat de overeenkomst, zodat Satan letterlijk weer opnieuw in het donker zit en geen toegang meer heeft tot jouw leven. Ik leerde dat ik me niet kon vastklampen aan Satans plannen en gedachten voor mij, terwijl ik ook Gods Woord en plannen voor mij probeerde te geloven.
Jakobus zegt in 1:7-8 dat als we Gods wijsheid zoeken, we niet innerlijk verdeeld kunnen zijn; het is óf onze wijsheid óf Gods wijsheid - beide vastgrijpen is onstabiel en zo’n iemand zal niet ontvangen wat hij van de Heer nodig heeft.
Dat was ik - aan de ene kant de donkerste delen van mijn hart kennend en daarom volledig gelovend, tegenover wat God over mij zei. Zoals twee boksers in hun respectievelijke hoeken naar elkaar staan te staren voordat het gevecht begint, zo was er ook een bokswedstrijd binnen in mij, vechtend tegen wat God zei, omdat ik mijn eigen hart kende.
Maar intuïtief wist ik dit: ik zou moeten stoppen te geloven wat Satan over mij zei, wat waar leek te zijn omdat ik het had beleefd, om dat wat God over mij zei tot werkelijkheid te maken. Je kunt je niet aan twee meesters vastklampen. Je kunt niet innerlijk verdeeld zijn en denken dat je van de Heer zult ontvangen. Je zult in ellende blijven totdat je bereid bent los te laten hoe de waarheid van je vorige leven je heeft gemaakt tot wie je was toen je tot de Heer kwam, en je ervoor kiest de grotere waarheid te geloven van wat de Vader en Heer Jezus voor jou hebben gedaan. Er is geen andere weg. Vergeet het verleden en reik vooruit, zoals Paulus zei tegen de Filippenzen.
Wie heeft er gewonnen?
Ik herinner me dat ik als 16- en 17-jarige doelbewust ten strijde trok tegen wat ik van mezelf vond. Ik moest mezelf er voortdurend aan herinneren dat wat God over mij zei waar was, ongeacht hoe ik me voelde. Emoties liegen. Gods woord is de waarheid. Als ik de waarheid geloof van wat Hij zegt, dan zullen mijn emoties in overeenstemming komen met die waarheden. Ik liet mezelf anders denken en voelen op basis van wat Hij over mij zei.
Ik ben dankbaar dat ik die interne oorlog als tiener heb gehad. Het stelde me in staat om het beste uit mijn verwoeste leven te halen, van mijn fouten te leren, en volledig te geloven wat mijn hemelse Vader over mij zei. Veel christenen maken nu door wat ik toen doorgemaakt heb. Ik voel met hen mee.
Maar er is geen handoplegging, geen gebed, geen profetisch woord dat je gedachten en emoties kan veranderen. De gekwelde christenen zijn zij die weten wat God zegt, maar ervoor kiezen om hun verleden en wat zij weten van hun duistere innerlijk, meer te geloven dan Gods Woord, omdat dat hetgeen is wat zij voelen. Zij willen dat iemand hen een woord geeft, voor hen bidt, zodat het allemaal weggaat. Zo werkt het niet. Ben er geweest, heb het gedaan.
Er is geen weg omheen - we moeten ons denken vernieuwen en gaan denken wat God over ons denkt, willen we de metamorfose ondergaan waar Romeinen 12:1-2 over spreekt. "Wordt getransformeerd door de vernieuwing van uw denken." Het Griekse woord 'getransformeerd' is metamorfose. Hetzelfde proces dat een rups doormaakt om een vlinder te worden. Dat zijn wij. Wij alleen kunnen het doen. Alleen wij kunnen veranderen hoe we ons voelen en hoe we denken. Er is geen andere manier gepresenteerd in de Schrift. Het is aan jou. Een serie onderwijs van de beste leraren kan het niet doen. Ieder mens moet leren zijn gedachten en emoties te beheersen. Het is moeilijk, maar er is geen andere manier om op te groeien in Christus. We moeten Zijn gedachten denken, dan volgen Zijn emoties vanzelf.
Helaas leren onze culturen en samenlevingen ons dat onze emoties echt zijn en de basis waarop we redeneren en beslissingen nemen. De Bijbel leert ons dat het redeneren en het denken van nieuwe gedachten de basis is voor het nemen van beslissingen. Je bent niet onderworpen aan je emoties. Begin ze te beheersen. Hoe doe je dat?
En daar gaan we volgende week mee verder - tot dan, zegen,
John Fenn/wk/ak
www.cwowi.org en email me op [email protected]