NT Geven & Voorspoed, Tienden, 2 van 4
Hallo allemaal,
Vorige week deelde ik praktische informatie over geld dat naar ons toe of van ons wegstroomt; het veranderen van ons vermogen om meer aan te kunnen en het ontwikkelen van meerdere inkomstenstromen die naar ons toe komen.
Een laatste gedachte over vorige week is dat de Bijbel aangeeft dat onze baan in onze behoeften moet voorzien. Het ontwikkelen van meerdere inkomstenstromen voorziet in onze verlangens.
Denk aan een restaurant of een willekeurige winkel. Een restaurant heeft meerdere gerechten op het menu staan, er zijn meerdere artikelen te koop in een winkel, niet slechts één artikel. Bijna elk bedrijf gebruikt dit Bijbelse principe van meerdere inkomstenstromen zonder zelfs maar te herkennen waar het vandaan komt.
Nu gaan we naar de tiende uit het Oude Testament
Ik ben in kerkdiensten geweest waar ik bijna een collectief gekreun van de gemeente kon horen als de voorganger naar de preekstoel ging en zei: "Laten we naar Maleachi 3:8-11 gaan. "Breng de tienden naar de voorraadkamer."
Vaak voegen ze er een 'Je berooft God' verklaring aan toe zodat jij je schuldig voelt, ze gooien er een 'je bent vervloekt als je geen tienden geeft' en nu voel jij je veroordeelt, ze voegen er een 'Hij zal de afvreter omwille van jou dreigen' aan toe om hoop te geven, en eindigen positief door iedereen te vertellen dat God 'de sluizen van de hemel zal openen' om hen te zegenen ALS ze de tienden aan de kerk zullen geven. Maar is dat een waar en nauwkeurig begrip van de Schrift?
Ik zal hieronder uitleggen wat het openen van de vensters/sluizen van de hemel betekent, maar eerst, over de tiende....
In een cyclus van 7 jaar waren er in de loop van 6 jaar 4 tienden, en geen tiende in het 7e jaar omdat elk 7e jaar een sabbatjaar was.
Er waren 4 soorten tienden, hieronder opgesomd, met hun gemeenschappelijke naam onderstreept:
Het eerste type is 'terumah, of het 'eerstelingenoffer' 10% van de oogst.
Het tweede type is 'ma'aser rishon', of eerste tiende. Van iemands normale loon.
De derde soort is 'ma'aser min hama'aser, de tiende van de tiende. Alleen voor Levieten om aan de priesters te geven.
De vierde soort is 'ma'aser sjen', of de tweede tiende. Van het normale loon, maar voor een speciaal doel.
Deze 4 werden op verschillende tijdstippen aangeboden over een periode van 7 jaar, waarbij in het 7e jaar, een sabbatsjaar, geen tiende werd gegeven. In het 7e jaar gaf niemand een tiende, ze hielden alles.
In de jaren 1, 2, 4 en 5 van de 7-jarige cyclus werd de 'tweede tiende' naar Jeruzalem gebracht en aan de Heer geofferd, en nadat de priesters hun deel hadden genomen, werd het teruggegeven aan de mensen die het hadden geofferd. Zij gingen terug naar huis, naar hun dorp of stad, en hielden samen met hun buren een feest voor de hele gemeenschap om Gods goedheid te vieren.
In jaar 3 en 6 werd deze 'tweede tiende' nooit naar de tempel gebracht. Het geld bleef binnen de gemeenschap en werd gebruikt om te zorgen voor de armen, vaderlozen, weduwen en allen die hulp nodig hadden. De Levieten en de priesters hadden geen land als erfenis en werden dus hetzelfde beschouwd als de armen, en hadden daarom recht op steun van de grotere gemeenschap.
Het doel van de tiende was dus de ondersteuning van het volk. De meeste voorgangers weten niet wat ik hier net heb geschreven, of als ze het wel weten, negeren ze het en doen het af als oudtestamentisch. Maar volgens mij betekent het eisen van de tiende van het volk, dat het volk in staat moet zijn om zijn deel terug te eisen. Het kan geen eenrichtingsverkeer zijn. Er is zeker iets mis met het huidige systeem.
Elke schatting die ik heb gezien stelt dat de gemiddelde Israëliet in het systeem van het Oude Testament ongeveer 22% van zijn inkomen aan de Heer gaf. De 10% tiende en de rest waren verschillende offers die iemand in de loop van een jaar aan de Heer bracht: Na het zondigen, na het krijgen van een baby, uit vrije wil, enzovoort.
Over Maleachi 3:8-11 (het gedeelte over de vensters van de hemel)
"...stel mij hierin op de proef....en kijk of ik niet de sluizen van de hemel zal openen en een zegen zal uitstorten waar jullie geen ruimte voor zullen hebben om alles te ontvangen...."
Wat er in ieders gedachten gebeurt, is een verwachting dat God een Las Vegas gokkast wordt. Ik stop mijn tiende in de emmer en God zegent op zijn beurt mijn leven met geld, promotie, status.... en dan vraagt iedereen zich af waarom 1 op de 1000 zo'n getuigenis heeft... maar hoe zit het dan met mij, vragen ze zich af.
Ik begreep dit vers pas toen we in het zuiden van Colorado woonden, waar gewassen worden geïrrigeerd.
Net als in de tijd van Maleachi werden gewassen bewaterd door een kanaal vanaf een rivier (de Jordaan), waarna het water via kleinere greppels naar het veld van de boer stroomde.
Dat water stroomt door het veld en besproeit de gewassen terwijl het stroomt, waarna het aan de andere kant in een greppel stroomt. Vervolgens stroomt het naar het veld van de buurman, enzovoort, totdat alle gewassen zijn bewaterd. Elk veld wordt overstroomd en je kunt het niet indammen. Er is een overloop nodig om ieders akker op zijn beurt te besproeien, de een na de ander.
Hier is de sleutel tot het begrijpen van dit gedeelte.
Jezus zei in Marcus 4:13 dat Zijn gelijkenis van de zaaier de belangrijkste gelijkenis is die Hij sprak, want daardoor begrijpen we alle gelijkenissen. In die gelijkenis is de aarde het menselijk hart, en het zaad is het Woord (Jezus, de persoon die het Woord is, niet het hoofdstuk/vers) dat in dat hart wordt geplant.
In Maleachi 3 betekent het dat het water dat door de vensters van de hemel wordt uitgestort, de Heilige Geest is. Hij stroomt naar onze akker - ons hart - waar onze gewassen groeien - ons leven, ons gezin, onze baan, onze bezittingen. De Vader belooft niet je te zegenen, Hij belooft om Zijn Geest uit te storten en DAT geeft je hart water, waardoor vervolgens de 'oogst' van je leven groeit - gezin, thuisleven, baan, enzovoort.
Het principe van de Heilige Geest die in ons hart wordt uitgestort en vervolgens ons 'veld met gewassen' besproeit, is zeer nieuwtestamentisch. En dat brengt ons bij de vraag: Waarom wordt de tiende niet genoemd in het Nieuwe Testament?
Dat is voor volgende week, tot dan, zegen,
John Fenn/AK
http://www.cwowi.org en e-mail me op [email protected]