Waarom samenkomen in een huis?
De meeste Amerikanen staat het idee tegen om samen te komen in een huis als het niet de bedoeling is om een keer naar een gebouw te verhuizen. Thuis een Bijbelstudie hebben? Geen probleem? Een bidstond? Prima. Christelijke vrienden over de vloer hebben om samen pizza te eten en samen de Heer te aanbidden en een gesprek te hebben? Iets vanzelfsprekends.
Maar als het de bedoeling is om als gemeente samen te komen in huizen en om in huizen samen te blijven komen, slaan onze gedachten op hol. Gedachten van sekten, geestelijk misbruik, persoonlijke profetieën die te ver gaan, rebellie en andere gedachten van twijfel en verwarring gaan door ons hoofd heen.
Ik geloof dat dit komt, doordat er niet veel ‘gezonde’ voorbeelden in onze omgeving zijn, waar we het samenkomen in huizen mee kunnen vergelijken. We hebben gehoord over misbruik in huisgemeenten, maar weinigen van ons kunnen uit hun hoofd een goeie, gebalanceerde huisgemeente opnoemen.
Er zijn veel christenen die gediscipeld zijn door middel van bidstonden of bijbelstudies. Dat werkte goed, totdat we naar de ‘echte’ kerk gingen. Voor velen van ons doet het idee van een huisgemeente ons herinneren aan hoe het vroeger ging. We verlangen naar hechte relaties, open aanbidding en intimiteit met de Heer.
Maar is het wel Bijbels om in huizen samen te komen? Zijn er eeuwige, essentiële kwaliteiten die huisgemeenten hebben, die ergens anders niet naar voren komen? Of proberen we terug te gaan naar iets wat in de eerste eeuwen speelde, wat verwaterd is door tijd en onze cultuur?
Het is eigenlijk veel erger dan dat! Wat eraan is voorafgegaan, gaat helemaal terug naar Adam en Eva. God maakte een hof voor Adam en Eva, wat hun thuis was, en Hij wandelde samen met hen in de hof.
Terwijl de tijd verstreek, wordt er in Gen. 18:17-20 verteld: (de Heer spreekt) ‘Zal Ik voor Abraham verbergen wat Ik ga doen? .....want Ik heb hem gekend, opdat hij gebieden zou, dat zijn zonen en zijn huis na hem de weg des Heren zouden bewaren......”. In dit Bijbelgedeelte gaat het over het oordeel dat op Sodom en Gomorra valt, maar Hij deelde die informatie met Abraham, omdat God en Gods wegen in Abrahams huis waren.
Misschien dat u nu denkt dat ik van onderwerp ben veranderd en dat ik het nu heb over het belang van je kinderen trainen in de dingen van God. Maar dat is niet het geval. Ik heb het nog steeds over huisgemeenten. Maar zonder twijfel staat het vast dat het God’s bedoeling was om ons thuis het meeste over God te leren.
Als we kijken naar de 10 geboden (Ex. 20:1-17) zien we dat de eerste 4 geboden te maken hebben met aanbidding van de mens naar God toe. (U zal geen andere god hebben, zal geen beelden maken, God’s naam is heilig , eer de sabbath). Gebod nr. 1 staat boven de andere 3, en die vloeien voort uit het eerste gebod. Op dezelfde manier staat zo ook gebod nr. 5 boven de andere geboden die gaan over hoe we met onze medemens om moeten gaan. Wat is dat 5e gebod? “Eer je vader en je moeder”. De rest van de geboden – moord niet, pleeg geen overspel, steel niet, lieg niet, wees niet hebzuchtig – zijn allemaal gebouwd rond ouders die deze waarheden aan hun kinderen moeten meegeven.
Het zou geen verassing moeten zijn dat het in de Joodse cultuur erg belangrijk is om van je ouders te leren, de familie unit, en het leren van iemand door te zien hoe die persoon Gods Woord in zijn leven toepast. Naast het voorbeeld van Abraham, de instructies in Deut. 6:4-7 en Spreuken (mijn zoon, luister naar mijn woorden....) is de hele cultuur gebouwd rond hun huis, door middel van onderwijs en het prakiseren van Gods Woord.
In het boek Richteren staat dat één van de eerste heersers, Deborah, een “moeder van Israël” was (Rich.5:7), terwijl ze het land regeerde. De leerlingen van Elia werden “zonen van de profeten” genoemd (2 Kon.2:3 o.a.). Eén van de beste voorbeelden is toen Elia weg werd genomen door een vurige wagen en zijn assistent en opvolger, Elisa, uitriep: “Mijn vader! Mijn vader!” (2 Kon.2:11-12).
De Hebreeuwse taal gebruikt het woordt ‘lamad’ wat betekent ‘onderwijzen’en ‘leren’. Er is geen verschil tussen het onderwijs (hoofd kennis) en het leren (praktische toepassing) van die kennis. Dat is de reden waarom Elisa als met lijm geplakt was aan Elia en waarom Jezus Zijn discipelen niet alleen onderwees gedurende 3 ½ jaar, maar ook met hen samenleefde, zodat ze konden zien hoe Hij het onderwijs uitleefde. Na een tijd Jezus te hebben gehoord en te hebben gezien hoe Jezus diende, stuurde Hij Zijn discipelen erop uit om dezelfde dingen te doen. Er is geen verschil tussen het horen en het doen.
In de westerse wereld vandaag volgen we de Griekse of Westerse filosofie: een scheiding maken tussen het idee en de toepassing daarvan. Dat is de reden waarom Paulus in Han.17 Athene verliet; zij wilden alleen maar horen wat hij te zeggen had, maar waren niet van plan het in hun levens toe te passen. Dat is de reden waarom mensen preek na preek horen, maar er niet beter op worden, omdat onze cultuur onderscheid maakt tussen het onderwijs en de praktische toepassing ervan. Er is niemand die de mensen praktisch in hun eigen leven laat zien hoe te leven wat er gepreekt wordt. Mensen reizen het hele land door om een bekende spreker te horen, conferenties mee te maken, maar ze komen er vaak niet beter vandaan dan ze al waren. Dat om dezelfde reden.
Jezus’ eerste wonder was in een huis. (Kana, Joh.1:11) Jezus onderwees en genas in huizen, het laatste avondmaal was in een huis. Pinksteren vond plaats in een huis en ga zo maar door. Als we het boek Handelingen door nemen dan zien we dat Dorcas in een huis uit de doden opstond. Paulus onderwees in een huis, Cornelius en de zijne werden gered in een huis…..en de lijst gaat maar door. Waarom? Omdat in de huizen het onderwijs en de toepassing ervan plaatsvond! Thuis is de centrale plek om te leren en te doen.
Daarom, toen pinksteren kwam en de kerk begon, verspreidde het Evangelie zich van huis tot huis. Zelfs in Jeruzalem, waar de tempel was, was de centrale plek de huizen en niet de tempel. Ze braken het brood ‘van huis tot huis’en ze gingen met de apostelen om en ontvingen onderwijs van hen. (Han.2:42-47) Het is veelzeggend dat het leiderschap zichzelf beschikbaar stelde om de discipelen te dienen ‘van huis tot huis’.
Het evangelie verspreidde zich ook van huis tot huis in wat vandaag de dag Turkije en Europa is. In Han.16:15 en vers 40 zien we dat de kerk in Filippi begon in het huis van een rijke vrouw, Lydia.
Nadat de kerk in Filippi begonnen was, ging Paulus verder naar Thessalónica, waar hij 3 zaterdagen onderwijs gaf in de synagoge (Han.17:1-5) totdat hij een aantal bekeerlingen had.(vs.4) Op dat moment verhuisden ze naar een huis van een man, Jason. (vs.5)
Toen Paulus naar Corinthe verhuisde, staat er in Han.18:1-7 genoteerd dat de kerk in het huis van Justus was, waar Paulus 18 maanden onderwijs gaf.
In Han. 19 gaat het over het begin van de gemeente in Efeze, één van de eerste gemeentes in de eerste eeuw. Paulus begon de gemeente met 12 discipelen van Johannes de Doper en van daaruit bracht hij zo’n 12 zaterdagen (Sabbatten) door in de Synagoge. (19:8) Toen verhuisde hij naar een school van een man genaamd Tyránnus, waar hij 2 jaar lang dagelijks onderwijs gaf. (19:9) Terwijl hij in Efeze was, schreef Paulus een brief aan de jonge gemeente in Corinthe. (1 Cor.16:19) en schreef ‘vele groeten in de Here van Aquila en Prisca en van de gemeente bij hen aan huis.’ Zoals we hier kunnen zien was het zo dat Paulus in de school onderwijs gaf de kerk samenkwam in het huis bij Aquila en Prisca.
Het ziet er naar uit dat Aquila en Prisca aardig druk waren met kerk hebben in hun huis, want in Rom.16:3-5 vraagt hij de Romeinen om hen te groeten en ‘groet insgelijks de gemeente bij hen aan huis.’(16:5)
Later vanuit de gevangenis, schrijft Paulus zijn ‘gevangenis brieven’ (Ef, Fil, Col en Filémon), groetende zowel Filémon en ‘de gemeente uwer huize’(Fil.1:2) en hij groette in Col.4:15 een vrouw Nymfa genaamd en ‘de gemeente bij haar aan huis’.
De verzorgende, informele, bespreking georiënteerde atmosfeer van een huis is een natuurlijke omgeving voor gelovigen om volwassen te worden als discipelen. Jezus zei niet om gelovigen te maken, maar discipelen. (Mat.28:18-20)
De kerk be-evangeliseerde op deze manier het gehele Romeinse rijk in minder dan 300 jaar. Toen Constantijn een christen werd (in ieder geval in naam) in ongeveer 310 AD, begon hij gebouwen om te bouwen en plannen te maken om de gemeente te laten samenkomen zoals we dat vandaag de dag doen. Terwijl de christenen hun huizen uitkwamen om samen te komen in de centrale plaats, nam het leiderschap de geestelijkheid op zich en het ‘hoe het Woord toe te passen’ kwam aan zijn eind. De kerk in Europa nam af, omdat Gods Woord en Zijn wegen van de mensen werden weggenomen, en zo begonnen de donkere eeuwen.
Vandaag de dag zie je huiskerken overal in de wereld terugkomen. Waarschijnlijk is geen enkel land zo succesvol in huiskerken als China. Zoals de broeders in de eerste eeuw, hebben de Chinezen veel vervolging meegemaakt en daardoor was het samenkomen in huizen de enige manier om onderwijs te ontvangen. Als resultaat daarvan explodeerde de kerk in China.
In Amerika zijn er mensen die naar diepere relaties verlangen, zoals dat in huiskerken kan. Moe geworden van het gemanipuleerd worden, geplaagd door geestelijke verveling, gaan veel mensen naar de kleine, informele huisgroepen.
Waarom dan de huiskerk? Het is bijbels, het is succesvol, het voorziet in noden. De Heilige Geest beweegt door datgene dat de Heer ontworpen heeft. Terwijl Hij beweegt en voorziet in de noden in de mate dat Hij de ruimte krijgt in de traditionele setting, is Hij vrij om te bewegen in de openheid van huissamenkomsten, en dat is uiteindelijk ons doel; de Heer te zien bewegen zoals Hij dat wil, op Zijn tijd, door levens te veranderen en harten aan te raken.
Maar als het de bedoeling is om als gemeente samen te komen in huizen en om in huizen samen te blijven komen, slaan onze gedachten op hol. Gedachten van sekten, geestelijk misbruik, persoonlijke profetieën die te ver gaan, rebellie en andere gedachten van twijfel en verwarring gaan door ons hoofd heen.
Ik geloof dat dit komt, doordat er niet veel ‘gezonde’ voorbeelden in onze omgeving zijn, waar we het samenkomen in huizen mee kunnen vergelijken. We hebben gehoord over misbruik in huisgemeenten, maar weinigen van ons kunnen uit hun hoofd een goeie, gebalanceerde huisgemeente opnoemen.
Er zijn veel christenen die gediscipeld zijn door middel van bidstonden of bijbelstudies. Dat werkte goed, totdat we naar de ‘echte’ kerk gingen. Voor velen van ons doet het idee van een huisgemeente ons herinneren aan hoe het vroeger ging. We verlangen naar hechte relaties, open aanbidding en intimiteit met de Heer.
Maar is het wel Bijbels om in huizen samen te komen? Zijn er eeuwige, essentiële kwaliteiten die huisgemeenten hebben, die ergens anders niet naar voren komen? Of proberen we terug te gaan naar iets wat in de eerste eeuwen speelde, wat verwaterd is door tijd en onze cultuur?
Het is eigenlijk veel erger dan dat! Wat eraan is voorafgegaan, gaat helemaal terug naar Adam en Eva. God maakte een hof voor Adam en Eva, wat hun thuis was, en Hij wandelde samen met hen in de hof.
Terwijl de tijd verstreek, wordt er in Gen. 18:17-20 verteld: (de Heer spreekt) ‘Zal Ik voor Abraham verbergen wat Ik ga doen? .....want Ik heb hem gekend, opdat hij gebieden zou, dat zijn zonen en zijn huis na hem de weg des Heren zouden bewaren......”. In dit Bijbelgedeelte gaat het over het oordeel dat op Sodom en Gomorra valt, maar Hij deelde die informatie met Abraham, omdat God en Gods wegen in Abrahams huis waren.
Misschien dat u nu denkt dat ik van onderwerp ben veranderd en dat ik het nu heb over het belang van je kinderen trainen in de dingen van God. Maar dat is niet het geval. Ik heb het nog steeds over huisgemeenten. Maar zonder twijfel staat het vast dat het God’s bedoeling was om ons thuis het meeste over God te leren.
Als we kijken naar de 10 geboden (Ex. 20:1-17) zien we dat de eerste 4 geboden te maken hebben met aanbidding van de mens naar God toe. (U zal geen andere god hebben, zal geen beelden maken, God’s naam is heilig , eer de sabbath). Gebod nr. 1 staat boven de andere 3, en die vloeien voort uit het eerste gebod. Op dezelfde manier staat zo ook gebod nr. 5 boven de andere geboden die gaan over hoe we met onze medemens om moeten gaan. Wat is dat 5e gebod? “Eer je vader en je moeder”. De rest van de geboden – moord niet, pleeg geen overspel, steel niet, lieg niet, wees niet hebzuchtig – zijn allemaal gebouwd rond ouders die deze waarheden aan hun kinderen moeten meegeven.
Het zou geen verassing moeten zijn dat het in de Joodse cultuur erg belangrijk is om van je ouders te leren, de familie unit, en het leren van iemand door te zien hoe die persoon Gods Woord in zijn leven toepast. Naast het voorbeeld van Abraham, de instructies in Deut. 6:4-7 en Spreuken (mijn zoon, luister naar mijn woorden....) is de hele cultuur gebouwd rond hun huis, door middel van onderwijs en het prakiseren van Gods Woord.
In het boek Richteren staat dat één van de eerste heersers, Deborah, een “moeder van Israël” was (Rich.5:7), terwijl ze het land regeerde. De leerlingen van Elia werden “zonen van de profeten” genoemd (2 Kon.2:3 o.a.). Eén van de beste voorbeelden is toen Elia weg werd genomen door een vurige wagen en zijn assistent en opvolger, Elisa, uitriep: “Mijn vader! Mijn vader!” (2 Kon.2:11-12).
De Hebreeuwse taal gebruikt het woordt ‘lamad’ wat betekent ‘onderwijzen’en ‘leren’. Er is geen verschil tussen het onderwijs (hoofd kennis) en het leren (praktische toepassing) van die kennis. Dat is de reden waarom Elisa als met lijm geplakt was aan Elia en waarom Jezus Zijn discipelen niet alleen onderwees gedurende 3 ½ jaar, maar ook met hen samenleefde, zodat ze konden zien hoe Hij het onderwijs uitleefde. Na een tijd Jezus te hebben gehoord en te hebben gezien hoe Jezus diende, stuurde Hij Zijn discipelen erop uit om dezelfde dingen te doen. Er is geen verschil tussen het horen en het doen.
In de westerse wereld vandaag volgen we de Griekse of Westerse filosofie: een scheiding maken tussen het idee en de toepassing daarvan. Dat is de reden waarom Paulus in Han.17 Athene verliet; zij wilden alleen maar horen wat hij te zeggen had, maar waren niet van plan het in hun levens toe te passen. Dat is de reden waarom mensen preek na preek horen, maar er niet beter op worden, omdat onze cultuur onderscheid maakt tussen het onderwijs en de praktische toepassing ervan. Er is niemand die de mensen praktisch in hun eigen leven laat zien hoe te leven wat er gepreekt wordt. Mensen reizen het hele land door om een bekende spreker te horen, conferenties mee te maken, maar ze komen er vaak niet beter vandaan dan ze al waren. Dat om dezelfde reden.
Jezus’ eerste wonder was in een huis. (Kana, Joh.1:11) Jezus onderwees en genas in huizen, het laatste avondmaal was in een huis. Pinksteren vond plaats in een huis en ga zo maar door. Als we het boek Handelingen door nemen dan zien we dat Dorcas in een huis uit de doden opstond. Paulus onderwees in een huis, Cornelius en de zijne werden gered in een huis…..en de lijst gaat maar door. Waarom? Omdat in de huizen het onderwijs en de toepassing ervan plaatsvond! Thuis is de centrale plek om te leren en te doen.
Daarom, toen pinksteren kwam en de kerk begon, verspreidde het Evangelie zich van huis tot huis. Zelfs in Jeruzalem, waar de tempel was, was de centrale plek de huizen en niet de tempel. Ze braken het brood ‘van huis tot huis’en ze gingen met de apostelen om en ontvingen onderwijs van hen. (Han.2:42-47) Het is veelzeggend dat het leiderschap zichzelf beschikbaar stelde om de discipelen te dienen ‘van huis tot huis’.
Het evangelie verspreidde zich ook van huis tot huis in wat vandaag de dag Turkije en Europa is. In Han.16:15 en vers 40 zien we dat de kerk in Filippi begon in het huis van een rijke vrouw, Lydia.
Nadat de kerk in Filippi begonnen was, ging Paulus verder naar Thessalónica, waar hij 3 zaterdagen onderwijs gaf in de synagoge (Han.17:1-5) totdat hij een aantal bekeerlingen had.(vs.4) Op dat moment verhuisden ze naar een huis van een man, Jason. (vs.5)
Toen Paulus naar Corinthe verhuisde, staat er in Han.18:1-7 genoteerd dat de kerk in het huis van Justus was, waar Paulus 18 maanden onderwijs gaf.
In Han. 19 gaat het over het begin van de gemeente in Efeze, één van de eerste gemeentes in de eerste eeuw. Paulus begon de gemeente met 12 discipelen van Johannes de Doper en van daaruit bracht hij zo’n 12 zaterdagen (Sabbatten) door in de Synagoge. (19:8) Toen verhuisde hij naar een school van een man genaamd Tyránnus, waar hij 2 jaar lang dagelijks onderwijs gaf. (19:9) Terwijl hij in Efeze was, schreef Paulus een brief aan de jonge gemeente in Corinthe. (1 Cor.16:19) en schreef ‘vele groeten in de Here van Aquila en Prisca en van de gemeente bij hen aan huis.’ Zoals we hier kunnen zien was het zo dat Paulus in de school onderwijs gaf de kerk samenkwam in het huis bij Aquila en Prisca.
Het ziet er naar uit dat Aquila en Prisca aardig druk waren met kerk hebben in hun huis, want in Rom.16:3-5 vraagt hij de Romeinen om hen te groeten en ‘groet insgelijks de gemeente bij hen aan huis.’(16:5)
Later vanuit de gevangenis, schrijft Paulus zijn ‘gevangenis brieven’ (Ef, Fil, Col en Filémon), groetende zowel Filémon en ‘de gemeente uwer huize’(Fil.1:2) en hij groette in Col.4:15 een vrouw Nymfa genaamd en ‘de gemeente bij haar aan huis’.
De verzorgende, informele, bespreking georiënteerde atmosfeer van een huis is een natuurlijke omgeving voor gelovigen om volwassen te worden als discipelen. Jezus zei niet om gelovigen te maken, maar discipelen. (Mat.28:18-20)
De kerk be-evangeliseerde op deze manier het gehele Romeinse rijk in minder dan 300 jaar. Toen Constantijn een christen werd (in ieder geval in naam) in ongeveer 310 AD, begon hij gebouwen om te bouwen en plannen te maken om de gemeente te laten samenkomen zoals we dat vandaag de dag doen. Terwijl de christenen hun huizen uitkwamen om samen te komen in de centrale plaats, nam het leiderschap de geestelijkheid op zich en het ‘hoe het Woord toe te passen’ kwam aan zijn eind. De kerk in Europa nam af, omdat Gods Woord en Zijn wegen van de mensen werden weggenomen, en zo begonnen de donkere eeuwen.
Vandaag de dag zie je huiskerken overal in de wereld terugkomen. Waarschijnlijk is geen enkel land zo succesvol in huiskerken als China. Zoals de broeders in de eerste eeuw, hebben de Chinezen veel vervolging meegemaakt en daardoor was het samenkomen in huizen de enige manier om onderwijs te ontvangen. Als resultaat daarvan explodeerde de kerk in China.
In Amerika zijn er mensen die naar diepere relaties verlangen, zoals dat in huiskerken kan. Moe geworden van het gemanipuleerd worden, geplaagd door geestelijke verveling, gaan veel mensen naar de kleine, informele huisgroepen.
Waarom dan de huiskerk? Het is bijbels, het is succesvol, het voorziet in noden. De Heilige Geest beweegt door datgene dat de Heer ontworpen heeft. Terwijl Hij beweegt en voorziet in de noden in de mate dat Hij de ruimte krijgt in de traditionele setting, is Hij vrij om te bewegen in de openheid van huissamenkomsten, en dat is uiteindelijk ons doel; de Heer te zien bewegen zoals Hij dat wil, op Zijn tijd, door levens te veranderen en harten aan te raken.