"Is opgestaan" 2 van 4. Tussen Vader en Zoon
Hallo allemaal,
Vorige week deelde ik hoe de eerste 500 jaar van het christendom gericht waren op de opstanding in plaats van op het kruis. Ik sprak over de uitdrukking 'is opgestaan' en hoe het een voortdurende staat van zijn is, voor altijd een toestand van bestaan.
De Zoon werd gegeven zodat Hij het geboren kind kon zijn
"Want ons is een kind geboren, ons is een zoon gegeven, en de regering zal op zijn schouders rusten..." De gegeven zoon is Christus, die het geboren kind, Jezus, werd. Jesaja 9:6
God had de wereld zo lief dat hij zijn enige Zoon, Christus, heeft gegeven. Christus is de titel voor de gegeven Zoon, die met de Vader in heerlijkheid bestond voordat het universum er was.
Jezus is Zijn menselijke naam, gegeven door Gabriël aan Maria, en betekent 'verlossing/redding'. (Lucas 1:31)
In het hele Nieuwe Testament, wanneer je het woord 'Christus' ziet, benadrukt de schrijver de godheid van de Heer. Het benadrukt het feit dat Hij God is. Als je Zijn naam 'Jezus' ziet, benadrukt de schrijver Zijn menselijkheid, de Mens.
Wanneer 'Christus' alleen of eerst wordt genoemd, zoals in "Christus Jezus", betekent dit dat de grotere nadruk ligt op Zijn godheid. Bijvoorbeeld, 1Corintiërs 2:16 zegt dat wij de gedachten van Christus hebben. Niet de gedachten van Jezus, maar de gedachten van Christus, in onze geest.
Dat betekent dat wij in elke situatie, elke onrust, Gods gezindheid/gedachten hebben, zodat wij Zijn onbegrensde wijsheid kunnen opdoen om ons te helpen in een tijd van nood. Als we theologisch correct zouden zijn, woont Jezus niet in ons hart – Christus woont daar.
Wanneer wij de naam van Jezus alleen of eerst gebruiken, zoals in 'Jezus Christus', ligt de nadruk op Zijn menselijkheid. Daarom vragen wij de Vader 'in de naam van Jezus'. Wij drijven demonen uit 'in de naam van Jezus'. We leggen zieken de handen op 'in de naam van Jezus'. Jezus is de man die God is, en wij als mensen hebben de autoriteit om Zijn NAAM - Jezus - te gebruiken. Als mensen die de naam van de Man gebruiken.
Het lijkt misschien muggenziften om te zeggen dat Christus in mij leeft en niet Jezus.
Maar het verschil is diepgaand in het effect op ons denken. Wanneer de gemiddelde christen zegt dat hij Jezus in zijn hart heeft gevraagd, beperkt zijn denken zich automatisch tot de mens Jezus. Ze stoppen onbewust bij het kruis.
Wanneer wij onszelf corrigeren door te zeggen dat Christus in ons hart leeft, dan zeggen wij dat de hele Persoon en Geest van de Vader God, de kracht van de opstanding, in ons hart verblijft - Christus Jezus, de Mens die als God Zijn lichaam overziet door de Heilige Geest, waardoor wij meer dan opgewassen zijn tegen elke situatie die het leven ons kan aandoen.
Christus, Gods Zoon, had het aardse leven niet persoonlijk gekend totdat Hij mens werd.
"Want het is niet mogelijk dat het bloed van stieren en bokken de (menselijke) zonde wegneemt. Toen Hij in de wereld kwam zei Hij dit: 'Een lichaam hebt U Mij bereid, want in het bloed van stieren en bokken hebt U geen behagen gehad." Hebreeën 10:4-6
"Hij nam de gestalte van een dienstknecht aan, en werd gemaakt naar de gelijkenis van een mens. En na Zichzelf te hebben ontledigd, heeft Hij Zich als mens gevormd en Zich vernederd tot de dood, ja de dood des kruises...". Filippenzen 2:6-8
De Vader is een Geest in het rijk van de Geest, dus heeft Hij nooit honger, slaap, behoefte aan toiletgebruik of verzoeking gekend. Jakobus 1:13 zegt dat Hij niet wordt verzocht door het kwaad. Iemand moet een menselijk lichaam hebben om verzocht te worden en de Vader heeft dat niet. Hij is een Geest met een Geest-lichaam. Maar Christus Jezus ervoer alle beperkingen van het mens-zijn, want Hij was mens geworden.
Opstandingsdag: De dag waarop alles veranderde tussen Vader en Zoon.
Toen Jezus uit de dood werd opgewekt, betekende dit dat Hij voor altijd de Zoon zou zijn die de dood had geproefd en overwonnen. De Zoon die puur en onbezoedeld de hemel had verlaten, werd als mens uit de dood opgewekt, voor altijd bestaand in het leven van 'is opgestaan'.
De Vader gaf Hem daardoor terecht een naam boven elke naam. Gaf Hem terecht het koninkrijk, om te heersen in het leven van de mensen. Maakte Hem terecht verheven, geëerd, vereerd en aanbeden boven alle geschapen wezens. Filippenzen 2:5-11
"God (Vader) heeft zijn woord aan ons vervuld doordat Hij Jezus heeft opgewekt, zoals Hij zegt in de tweede Psalm: U bent mijn Zoon, heden heb ik u verwekt." Handelingen 13:33
De Vader beschouwt Jezus' opstanding als de dag waarop Hij Hem verwekt heeft.
Laat dat eens bezinken. Waarom zou er tussen hen zoveel veranderd zijn dat de Vader de opstandingsdag beschouwt als de dag dat Hij Hem verwekte?
Omdat Hij de hemel verliet als Geestelijk wezen en terugkeerde als Mens. Hij keerde terug in het menselijk lichaam waarin Hij zich 'bevond', zij het getransformeerd door de kracht van de opstanding. Er is nu in de hemel bij de Vader een mens in een menselijk lichaam. De Zoon van God zal eeuwig bestaan in een toestand van 'is opgestaan', als een mens die stierf en vervolgens de dood overwon.
Eeuwenlang bestond Christus met de Vader in het rijk van de Geest. Toen werd Hij mens. Toen Hij stierf was dat iets wat noch Hij noch de Vader ooit eerder hadden meegemaakt. En toen Hij herrees, zou Hij niet worden hersteld zoals het was geweest voordat het fysieke universum werd geschapen. De dingen tussen hen zouden nooit meer het 'normale' zijn dat zij samen in heerlijkheid hadden voordat het universum was geschapen.
Hij werd opgewekt als mens, nu met een lichaam van hemels materiaal, helemaal mens, helemaal God. Hij stierf als mens om Zijn laatste wil en testament in werking te stellen, daarna wekte de Vader Hem op uit de dood, zodat Hij de uitvoerder kon zijn van Zijn eigen nalatenschap en erfenis - het lichaam van Christus, aan wie de Vader het koninkrijk heeft gegeven.
De relatie tussen Vader en Zoon kan nooit meer worden zoals die was voordat Hij de hemel verliet om één van ons te worden.
Het is de kracht van de opstanding die alles veranderde. Alles. De effecten daarvan zullen voelbaar zijn in de komende eeuwen, want dat is wat ons wordt beloofd in Efeziërs 2:7 - "...in de komende eeuwen zal de Vader ons blijven tonen de rijkdom van Zijn goedheid die ons ten deel valt in Christus Jezus."
Volgende week, waarom Jezus na de opstanding nooit meer wordt aangeduid als Gods enige zoon .... Tot dan,
zegen,
John Fenn/wk/ak
www.cwowi.org
e-mail mij op [email protected]