Ik begrijp niet hoe Barb de vriezer organiseert, al bewonder ik haar organisatie talent. Maar ik ben een man, dus is dit normaal. Op deze ochtend had ik zin in bacon, wat naar mijn idee onderdeel is van de 6 basis voedselgroepen: Fruit, groentes, vlees, melkproducten, granen, bacon. Misschien dat kaas ook een categorie zou moeten zijn. Stel dat ik een dinosaurus zou zijn, dan was ik een vlees-o-saurus. Barb echter zou een koolhydraat-o-saurus zijn. We balanceren elkaar.
Koolhydraten was bijna het enige dat ik die ochtend in de vriezer vond – broodjes, roggebrood, plakken meergranen brood, ijs, bevroren snacks gemaakt van diverse meelproducten…maar geen bacon, geen hamburgers, want we waren aan de lage kant van de toevoercyclus. Meestal is er een kleine vlees sectie, maar op dit moment moesten we de vriezer nodig bijvullen.
Barb is heel goed in het bewaren van restjes eten. In de vriezer vond ik resten van afgelopen Thanksgiving maaltijd, en van de kerst, en zelfs van afgelopen Pasen, allemaal wachtend op iemand die ze zou bevrijden van de ijzige kou en waar, warm gemaakt, weer van genoten zou worden. Dat vind ik zo geweldig aan haar, maaltijden van feestdagen eindigen nooit echt, ze worden gewoon bevroren, om later weer van te kunnen genieten.
Bevroren in de tijd
Mijn gedachten dreven die ochtend weg naar hoe een vriezer vol eten op ons gebedsleven lijkt. We hebben restjes herinneringen uit het verleden, sommige beter dan andere, sommigen zijn nog niet helemaal geconsumeerd, bevroren in tijd pakjes, die niemand kan zien, al zouden we wat graag die vriezer leeg willen hebben en er klaar mee zijn!
Zoals het gaat met een grote maaltijd, wanneer we eindelijk het bord aan de kant schuiven en zeggen ‘Ik heb genoeg gehad’ en de rest de vriezer inschuiven, zo zijn herinneringen ook waar we genoeg van gehad hebben; sommige beter dan andere. Bij sommige hebben we alle elementen ervan nog niet verwerkt – de onrechtvaardigheid, het verlies, de pijn die ons en anderen toegebracht is, de ‘waarom?’ van dit alles.
We hebben allemaal een geschiedenis
Sommige daarvan zijn mooier dan andere, maar de menselijke natuur wil het onmogelijke doen: zorgen dat het verleden keurig netjes en ordelijk in elkaar past, ermee afgerekend hebben en alle moeilijke dingen opgelost en ons geen pijn meer kunnen doen. Die verzoende herinneringen kunnen we dan een label geven met ‘opgelost’ en het voor eeuwig opbergen.
Ik heb verteld hoe de Heer mij begin van dit jaar vertelde: “Ik BEN. Daarom ben Ik altijd aanwezig. Dus, om in Mijn aanwezigheid te zijn, moet je in het heden zijn.”
Vorige week deelde ik hoe, toen de Heer uit de eeuwigheid kwam om Mozes de 10 geboden te geven, dit tot gevolg had dat Israël in het heden moest gaan leven. Door geboden uit te vaardigen, geen suggesties, gaf Hij iedereen de kracht om verantwoordelijk te zijn voor hun eigen beslissingen in het leven, om verantwoording af te leggen voor elk moment in de tijd.
In het heden
Als er staat, als voorbeeld, ‘Lieg niet’ (geen vals getuigenis afleggen), dan is er geen speelruimte om een leugen te rechtvaardigen, door een ervaring uit het verleden waarin men pijn aangedaan is, te gebruiken zodat het oké is om in de huidige situatie te liegen. Noch kon men liegen om een betere toekomst te verkrijgen – ‘Ja meneer, deze wagen heeft weinig kilometers gereden, de eigenares was een omaatje die het alleen gebruikte om iedere morgen manna te verzamelen’, terwijl men wist dat het een strijdwagen geweest was, die in oorlogen door het Egyptische leger gebruikt werd. Iedere Israëliet moest met God in het heden leven en met Hem wandelen.
Persoonlijke bekrachtiging
De 10 geboden waren bewust vaag, en bevatten weinig details en in sommige gevallen slechts basis richtlijnen. Het was niet zo dat Hij een gebod gaf voor ieder denkbare situatie in het leven. Door vaag te zijn moest iedereen wel met Hem wandelen, Hem kennen, zodat men verse openbaring voor iedere specifieke situatie zou kunnen ontvangen over hoe Zijn geboden toegepast konden worden. Als je de relatie wegneemt van de geboden, eindig je met religieuze oefeningen, waarvan je nooit zeker weet welke God behaagt en welke niet.
Wat de Oegandezen zeiden
Toen ik een Bijbelschool directeur was, had ik een echtpaar uit Oeganda te spreken gevraagd voor de studenten. Als ik mij goed herinner, was de man kind nummer 29 van 34 kinderen, omdat zijn vader 4 vrouwen had. Zijn vrouw kwam uit een gezin met 3 vrouwen en zij was iets van kind nummer 13 van de 19 kinderen.
Het Oegandeze echtpaar vertelde de studenten dat in de jaren 1800 Europese zendelingen veel kwaad berokkend hadden aan de stammen en de sociale structuur van Oeganda, waarvan men tot in het heden de nadelige gevolgen ondervond. De Europeanen bekeerden sommige echtgenoten en vrouwen tot het christendom, om daarna van deze nieuwe gelovigen te eisen dat zij van hun niet-gelovige man of vrouw zouden moeten scheiden, wat hele families uit elkaar scheurde, hele stammen, en zelfs het hele land.
Wat we de studenten die ochtend vertelden, is dat het onze taak is God te gehoorzamen en discipelen te maken, doordat zij in ons observeren wat Jezus ons vertelde te doen – en het is aan de Heilige Geest in hen om met Hem door het leven te wandelen en met Hem uit te zoeken hoe zij Gods wegen in hun eigen cultuur kunnen toepassen. In liefde wandelen houdt in dat we in het heden met Hem wandelen, om zo Zijn wijsheid te ontdekken voor iedere situatie die we tegenkomen.
Ditzelfde geldt voor ons vandaag
Toen we het gebod van Jezus lazen “Heb elkaar lief, zoals Ik jullie heb liefgehad”, denken we automatisch aan het kruis, maar dat is NIET wat Hij zei.
In Johannes 15 begrepen de discipelen nog steeds niet dat Jezus naar het kruis zou gaan. Dat was nog in de toekomst. Jezus zei ‘zoals Ik jullie heb liefgehad,’ dus de 3 ½ jaar hiervoor die ze samen waren – vanaf het begin van Zijn bediening, toen Johannes de Doper nog leefde, tot aan het moment dat Hij deze uitspraak deed;Jezus had het over de 3 ½ jaar die ze samen doorgebracht hadden: waar ze samen gekampeerd hadden, in huizen waren, hoe Hij het publiek onderwezen had en hen daarna privé, maaltijden die gedeeld waren, lange wandelingen samen, en hoe zij Hem in ieder aspect van het leven geobserveerd hadden. Dus: elkaar liefhebben zoals Hij hen liefgehad had in die 3 ½ jaar samen.
In dit geval vroeg Jezus WEL om het verleden te herinneren. Deze herinneringen hielden ook dingen in die voor de discipelen nog niet opgelost waren. Onderwijs dat ze niet begrepen hadden, daden en uitspraken, kritiek op de religieuze leiders en de cultuur waarin ze opgegroeid waren, wonderen die ze nog niet volkomen ‘verteerd’ hadden.
Toen Jezus hen vroeg het verleden te herinneren, was dat niet om stil te blijven staan bij wat zij niet begrepen, of wat hen in de war gebracht had, maar meer de liefde zie ze zagen in herinnering te brengen, de goede tijden die ze samen gehad hadden, het voorbeeld van Zijn leven dat zij in hun eigen leven konden toepassen. Hij vroeg niet van hen het verleden netjes op orde te hebben om daarna alles als ‘opgelost’ weg te kunnen leggen, maar om in plaats daarvan het voorbeeld van liefde te herinneren, en wat zij wel begrepen hadden, om zo liefde te vinden te midden van onopgeloste zaken.
DAT kunnen wij dus ook doen, leven in het hier en nu en op dit moment, ervoor kiezen in liefde te wandelen, om door de ogen van liefde dingen in herinnering te brengen, met de zekerheid dat in de toekomstige eeuwen de Vader ons de rijkdom van Zijn liefde zal laten zien in Christus Jezus. (Efeziërs 2:7)
Volgende week meer…zegen!
John Fenn
www.cwowi.org
mail naar [email protected]