“We houden van jullie Amerikanen, echt waar. Maar jullie zijn allemaal een stelletje leugenaars!”
Ik was geschokt dit te horen van de vrouw van één van de internationale Bijbelschool studenten. Haar echtgenoot stond er nerveus bij, en rolde met zijn ogen, als wilde hij zeggen: ‘O alsjeblieft, schat, hou je toch stil en laten we gaan’ maar haar toon was niet veroordelend, eerder gefrustreerd.
Ik zei: “Wat bedoel je?”
Zachtjes nu, om haar punt te maken: “We bewonderen de Amerikaanse manier van leven, jullie vrijheid, het volgen van jullie dromen, kunnen worden wat je graag wilt – dat kan allemaal niet in ons land. Maar jullie zijn allemaal leugenaars. Jullie zeggen: ‘Ik bel je volgende week op’ of ‘laten we samen ergens gaan lunchen’ of ‘Ik bel je straks’, maar jullie doen dat nooit!
Zoekend naar het juiste, maar…
Ze zocht echte relaties in de kerk en had er geen idee van dat even later de muziek directeur van een megakerk in mijn kantoor zou zitten en hetzelfde verlangen zou uiten, met andere woorden: “Ik ben hier in de kerk omringd door mensen, maar ik ben helemaal alleen. Ik heb geen echte vrienden en niemand kent mijn vrouw en mij echt. Wat moet ik doen? Zijn er nog echte mensen, zonder een agenda te hebben gebruik van mij te willen maken of mij te willen manipuleren? Zijn er wel oprechte vrienden in de kerk te vinden?”
Beide stellen, die goede vrienden van ons geworden zijn, waren op zoek naar iets waar de structuur van de kerk de afgelopen 1700 jaar niet in kon voldoen, omdat ze daar niet voor ontworpen was: relaties bevorderen.
Waarom is de IK (Institutionele Kerk) zoals het is
Jethro zag hoe zijn schoonzoon Mozes ruzies moest oplossen en vragen beantwoorden van de mensen, wat hem uitputte. Hij vertelde hem, in zoveel woorden, dat hij een infrastructuur moest maken voor de federale regering van Israël – het jongste land op de planeet, een paar dagen daarvoor geboren toen zij door de tijdelijk opgedroogde Rode Zee wandelden.
“Stel oversten aan over 1.000, over 100 en 50 en oversten van 10 en die zullen onder het volk rechtspreken. De moeilijke zaken zullen zij naar jou brengen, maar alle kleine zaken zullen zij zelf afhandelen.”(Exodus 18:17-26)
Mozes deed dat, en de Federale Regering van Israël was geboren. In diezelfde tijdsperiode zou het priesterschap voor de tempeloverheid gevestigd worden op dezelfde principes, met een hoge Priester, die boven de mindere rang van priesters staat, tot helemaal onderaan naar de jongens in training voor priester (Samuel, als voorbeeld).
De kerk adopteerde de Federale Overheidsstructuur van Mozes
Mak nu een sprong van ongeveer 300 jaar vooruit, tot net na Pinksteren. Het is het jaar 313 na Christus, en keizer Constantijn legaliseert het christendom. Hij haalt de gelovigen uit hun huisgebaseerde bijeenkomsten en laat ze samenkomen in de heidense tempels en diens banken; daarmee werd het systeem van Mozes als een nieuwe manier van ‘kerk’ zijn, geïntroduceerd. Het lichaam was niet langer de kerk en men begon naar de kerk te gaan. Noodgedwongen werd één gave verhoogd: de pastor/priester, en werden er ‘oversten’ van mindere rang over de mensen aangesteld.
Daardoor werden de 5-voudige bediening, de diakenen (dienaars), helpers, gaven van de geest, motivatie gaven zoals bemoedigen en geven en organiseren en alle andere genades, uit de context van de Schrift gehaald, wat het huis was, en werd geprobeerd deze in een gebouw te laten passen – en zo is het 1700 jaar lang geweest. Daarom zijn er zoveel boeken over dit of dat programma, omdat God de huisbijeenkomsten ontworpen heeft, maar de mens plaatste de gaven in een auditorium. Sindsdien heeft men geprobeerd een vierkante pin in een rond gat te laten passen.
Wat er met Pinksteren veranderde, en hoe de kerk 300 jaar lang was
In Exodus 19 kwam God uit de eeuwigheid, en daalde neer op de berg om met Mozes te praten. Daarna trok hij in de nieuw gebouwde Ark des Verbonds, en verbleef tussen de cherubs om daar met Mozes te communiceren. Zo’n 400 jaar later kende David Hem nog steeds als ‘de God die tussen de cherubs woont.’ Daarna verhuisde hij van de tent van David naar de tempel van Salomo, met zo’n heerlijkheid dat de priesters niet meer op hun benen konden blijven staan, toen de wolk van Zijn aanwezigheid de hele tempel vulde.
(Exodus 25:21-22, 33:1-11, 2 Samuel 6:2, 2 Kronieken 5:7-14, 7:1-3)
Vanaf dat moment woonde God in het Heilige der Heilige, in de tempel te Jeruzalem – en dat is wat Israël en de wereld kenden, gedurende 1000 jaar. Die 1000 jaar wist men dat als je God wilde ontmoeten, je naar de tempel moest gaan in Jeruzalem, en je kon Hem niet direct ontmoeten, het moest via één van de priesters gaan, de paar uitverkorenen die in dienst van God waren. De rest had ‘seculiere’ banen.
Dat veranderde allemaal met Pinksteren. Want diezelfde God die uit de eeuwigheid gekomen was om met Mozes te praten op de berg, die van de berg afkwam om in een tabernakel te wonen, die 400 jaar later in de tijd van David nog steeds tussen de cherubs woonde, en die met heerlijkheid en vuur in de tempel kwam wonen toen men de ark des verbonds daar naartoe bracht – deze zelfde God verhuisde met Pinksteren in menselijke wezens! Mensen werden levende tempels van God!
Paulus’ openbaring
Paulus ‘pakte het’ dat wij nu de tempels van God zijn en voortdurend schreef hij over de realiteit van dat feit, maar nergens is hij meer duidelijk dan in Colossenzen 1:25-27:
“…God heeft willen bekendmaken, hoe rijk de heerlijkheid is onder de heidenen: Christus onder u! – de hoop der heerlijkheid.” (Engelse vertaling zegt: Christus in u!)
Christus in ons! Toen mensen levende tempels van God werden, was het tempelgebouw niet meer relevant, niet nodig, een verouderde uitdrukking van een geheimenis – Hij kon niet in mensen komen wonen die zondaren waren, dus moest Hij hun geest herscheppen door Zijn Geest, en daarna kon Hij in hen komen wonen en konden zij met Hem wandelen, praten, en mobiele tempels voor Hem zijn, en Hem en de kennis van Hem en Zijn wegen over de lengte en breedte van de aarde brengen!
De consequenties van Christus in jou
Dit is een belangrijke consequentie van Christus in jou:
Jij kunt nu stoppen met het doen van dingen om indruk op Hem te maken of om Hem te bewegen iets te doen; jij kunt nu beginnen met Hem te wandelen.
Christus in jou wil zeggen dat er geen formules nodig zijn. Hij woont in jou, dus hoef je niet te schreeuwen – Hij is niet doof. Je hoeft niet te bidden voor een open hemel, want Christus is in jou. Je hoeft geen speciaal gezalfde doek onder jouw kussen te leggen voor x aantal dagen, om dan jouw beste offer aan broeder zus en zo te geven, zodat hij voor je kan bidden.
Je hoeft geen 100 euro op het podium te leggen voor x spreker, zodat God jouw gebeden zal gaan beantwoorden of jou de doorbraak zal geven die je nodig hebt. Je hoeft niet bang voor de duivel te zijn – niet alleen is Christus in jou, je hebt zowel de autoriteit om Zijn Naam te gebruiken, alsook de kracht van de Geest – gebied gewoon de demonen te verdwijnen, en dat doen ze.
Het wil ook zeggen dat er geen speciale dagen van de week zijn waarop we moeten aanbidden, want Christus is 24/7 in ons. Ook kan ik vrijuit geven aan wie in nood is, aan leiders, en anderen, afhankelijk van hoe Christus in mij en mijn hart geleid worden.
Het wil ook zeggen dat dingen als gewijd, heilig en seculier, niet meer bestaan, omdat Christus in mij alles wat ik doe, gewijd maakt. Van mijn baan tot mijn huis tot mijn computer, 24 uur per dag, dus alles is gewijd. We hebben allemaal gewijde banen. We zijn allemaal in de bediening, omdat Christus in ons is.
De andere kant van de medaille
Het wil ook zeggen dat ik persoonlijk en ogenblikkelijk verantwoording verschuldigd ben aan Hem die in mij woont. Het betekent dat ik een deel van Zijn persoonlijkheid in mij heb, en dat iedere broeder en zuster in de Heer een deel van Zijn persoonlijkheid in hen heeft, dus wordt het mijn eerste prioriteit in relatie te zijn met andere levende tempels in hoe ik aanbid. Ik popel om te zien wat Hij in anderen doet, om Hem in hen te zien. Ik houd ervan bij hen in het echte leven te zijn, door de ups en downs heen, de nederlagen en overwinningen.
Het wil zeggen dat we allemaal gelijk zijn, de apostel en de gever van een kop water aan een kind, want we zijn allemaal door hetzelfde bloed gered – het enige verschil is onze functie in het leven en in het lichaam van Christus. Christus in mij wil zeggen dat ik vrij ben mezelf te zijn daar ik voortdurend in Hem groei, en dat ik bij iedere uitdaging in het leven en in relaties mij kan afvragen: ‘Hoe kan door dit meer groeien in Hem?’
Het wil ook zeggen – dat ik kan zwemmen in de open oceaan, nooit meer gebonden hoef te zijn aan een aquarium, maar samen met andere ‘vissen’ van dezelfde soort kan ‘zwemmen’, want Paulus zei dat er Jood noch Griek is, gebonden of vrije, we zijn allen één in Christus.
Rechtvaardigheid komt door geloof in Christus, maar is onbewezen – iedereen kan zeggen een christen te zijn. God heeft het zo bedoeld dat het bewijs van onze rechtvaardigheid kenbaar wordt in relaties, en dat begint in het huis, net zoals dat was met Adam en Eva en de Heer in de hof – waar 2 of 3 zijn vergaderd, is Hij in hun midden – waarom? Omdat Hij in beiden woont!
En dat roept de vraag voor volgende week op, in een nieuwe serie…tot dan!
Zegen,
John Fenn
www.cwowi.org en mail: [email protected]