Zoals de meeste van de lezers van mijn Weekly Thoughts weten, is onze oudste zoon, Chris, gehandicapt. Hij is met behulp van een spoed keizersnede ter wereld gekomen, en toen bleek dat de navelstreng om zijn hoofd gewikkeld zat. Het gevolg daarvan is dat hij 23 december 35 jaar wordt, maar mentaal nog maar een jaar of 4 is.
Chris is extrovert en heeft een grappig gevoel voor humor. Maar omdat zijn hersens beschadigd zijn, zie je bij hem ook de trekken die zo vaak gevonden worden bij mensen met hersenbeschadiging, ongeacht de oorzaak. Hij houdt niet van verandering van routine, schrikt op van harde geluiden en is gevoelig voor woede uitbarstingen wanneer één van deze dingen gebeuren.
Zijn aandacht afleiden
Iets wat we al vroeg hebben geleerd, is dat we zijn aandacht op iets ander richten. Als we bijvoorbeeld van plan zijn met de auto boodschappen te halen, en de plannen veranderen opeens, kan hij erg boos worden en schreeuwen en soms zelfs iemand of iets slaan. Maar als we dan een nieuw speelgoedje laten zien, of hem wijzen op iets interessants, bijvoorbeeld een trein die voorbij komt, is de boosheid ineens weg, alsof er een schakelknop omgezet is, omdat zijn aandacht afgeleid werd.
Het bezoek van de Heer waar ik je over vertel, en de drie voorbeelden uit de Schrift die de Heer gebruikte om mij te onderwijzen, gaan grotendeel over hoe Hij onze aandacht afleidt van onze bijbedoelingen en afleidingen, naar een puurheid in focus en liefde.
Het laatste voorbeeld in Zijn bezoek
Het eerste voorbeeld dat Hij gebruikte, was uit Johannes 3, waar Hij bewust door Samaria ging, zodat de farizeeërs hem niet zouden volgen, om hun aandacht terug te brengen naar de bediening van Johannes de Doper, wat over bekering ging. Zijn punt was, dat ze niet verder konden gaan in Hem, als ze niet eerst de bekering zouden accepteren die Johannes predikte.
Het tweede voorbeeld dat Hij mij leerde, kwam uit Johannes 6, waar velen die op wonderbaarlijke wijze door Jezus gevoed waren, Hem met geweld mee wilden voeren om Hem koning te maken. Hun bedoelingen werden openbaar gemaakt, te weten dat ze Hem niet wilden volgen om wie Hij was, maar voor de wonderen die Hij voor hen doen kon. Om hun bijbedoelingen openbaar te maken, zodat zij hun hart zouden onderzoeken, moest Hij hen een moeilijk te begrijpen gelijkenis vertellen, namelijk dat ze Zijn vlees moesten eten en Zijn bloed drinken, omdat Hij het ware manna uit de hemel was. Velen verlieten Hem toen, in plaats van hun hart onder ogen te willen zien.
Vandaag vertel ik over het derde voorbeeld dat de Heer gebruikte, wat gaat over de rijke jongeling en zijn gesprek met de Heer, wat we kunnen lezen in Mattheüs 19:16-22.
Zoals het bezoek ging…
Toen de rijke jongeling tot Jezus kwam, vroeg hij: “Goede meester, wat voor goeds moet ik doen om het eeuwige leven te verwerven?” Als jij of ik dit waren geweest, hadden we de man geantwoord dat hij in Jezus moest gaan geloven. De reden waarom hij Jezus zou willen volgen, zou ons niets uitmaken. Daarna zouden we kunnen zeggen dat ‘iemand zich bekeerd heeft’, omdat wij met hem gebeden hebben.
Maar Jezus antwoordde: “Waarom noemt gij Mij goed? Niemand is goed dan God alleen.” Jezus vroeg hem dit: Omdat je Mij goed noemt en wetend dat niemand goed is dan God alleen, zeg je daarmee dat je mij God noemt?
Dit was de grote vraag die Jezus hem heel direct vroeg, maar de man ontweek de vraag. Wij lezen deze verzen in een paar seconden, niet realiserend dat dit een echt gesprek was, met pauzes aan het eind van de zinnen en een grondig nadenken voor een antwoord gegeven werd.
Toen hij de Heer niet direct antwoord gaf, probeerde de Heer een andere manier om zijn hart bloot te leggen. In de volgende 3 verzen verklaart de man hoe perfect hij was, hoe rechtvaardig, hoe hij alles gedaan had wat het geloof van hem vroeg, niet beseffend dat de Heer hem erin luisde. De conversatie veranderde, en hij werd gedwongen naar zijn eigen hart te kijken: “Als je volmaakt wil zijn, ga heen, verkoop je bezit en geef het aan de armen en je zult een schat in de hemel hebben en kom hier, volg Mij.’
Als hij geloofde dat Jezus God was, zoals hij aan het begin noemde, maar waar hij niet een echt antwoord op gaf, zou hij dit zonder twijfel graag gedaan hebben. Adreas, Petrus, Jacobus, Johannes en Mattheüs hadden dat daarvoor ook gedaan. Maar hij deed dat niet, dus kwam het naar hem terug en naar het hart van hem en waar hij werkelijk van hield. Niet wat zijn op werken gebaseerd geloof liet zien, maar allereerst de motieven waarom hij God wilde.
De focus van de jonge man was allereerst op zichzelf – Wat moet ik doen om het eeuwige leven te hebben? Ik heb al deze geboden gehouden van mijn jeugd af aan. Wat moet ik nog meer doen? Het was een geloof, gebaseerd op ‘mij’.
Zonder hem direct te beschuldigen van zijn liefde voor geld en status, en zonder hem te forceren geconfronteerd te worden met Wie Jezus is, liet de Heer de aandacht weer naar hem terug gaan en dwong hem zo een beslissing te nemen. Toen hij de waarheid in zijn eigen hart ontdekte, ging hij bedroefd weg, en was niet bereid zijn rijkdom op te geven.
Ineens begreep ik, waarom de Heer in het verleden, als ik wanhopig antwoord of geld of een oplossing nodig had, helemaal stil bleef, terwijl Hij mij tegelijkertijd dwong aan sommige gebieden van mijn persoonlijkheid te werken en GEEN antwoord gaf op wat ik een veel dringender nood vond. Hij probeerde mijn aandacht naar iets anders te leiden, naar wat Hij in mijn hart aan het doen was, terwijl ik mij wilde richten op dat beantwoord gebed, dat geld dat nodig was, of de antwoorden die ik moest hebben.
Mijn beurt
Toen de Heer dit vertelde, over de rijke jongeling en hoe Hij zijn focus herleidde naar zijn eigen hart, kon ik het niet nalaten Hem te vragen: “Heer, er is een oude traditie dat zegt dat Barnabas de rijke jongeling is, en dat hij uiteindelijk wel alles verkocht heeft en U ging volgen, zoals we dat zien in Handelingen 4:36-37. Is dat waar?”
Hij was stil, keek mij alleen maar aan. En plotseling, toen ik in Zijn ogen keek, was het alsof ik in een spiegel keek, maar de reflectie die ik zag was niet mijn lichaam, maar mijn motieven waarom ik die vraag stelde. Het eerste wat ik zag was dat ik van trivia houd en van geschiedenis en dat ik dit vroeg omdat ik nieuwsgierig was. Daarna werd er een laag weggetrokken naar het motief achter dat motief, en ik zag dat een deel van mij dit vroeg omdat ik iets wilde weten dat ik niet kon bewijzen door hoofdstuk en vers, maar wel aan de mensen kon vertellen met ‘de Heer zei dat tegen mij’. En een laag daar weer onder, was een hypothetisch beeld van mij dat dit onbelangrijke feitje wilde vertellen aan een groep mensen, niet om hen op te bouwen, maar zodat ik er beter uit zou zien in hun ogen. De zonde was, dat ik dit zou vertellen om er zelf beter van te worden, onder het mom hen hiermee te willen helpen. Ik zag mijn trots en ik verafschuwde mijzelf.
Ik zei: “Het spijt me, Heer” en maakte een aanpassing in mijn hart om mijzelf in de toekomst te checken voordat ik de dingen van Hem zou gaan delen, zodat wanneer ik wél iets zou delen, het waarlijk zou zijn om anderen te helpen en niet voor mijn eigen ego. Er was slechts een seconde nodig om mij te bekeren en mijn hart aan te passen.
En pas toen realiseerde ik mij, dat de 3 voorbeelden die Hij noemde, hoe Hij mensen laat kijken naar hun eigen hart en motieven, precies hetgeen was wat Hij bij mij gedaan had. In dat bezoek van Hem was ik les nummer 4 geworden en was dit een nederig makende ervaring, maar zonder de geringste hint van veroordeling, gewoon een feit, ondergord met Absolute onconditionele liefde.
Die dag zag ik Hem als het Levende Woord van God, die de gedachten en bedoelingen van ons hart bekritiseert en schift, en voor Wiens ogen alles open en ontbloot ligt. (Hebreeën 4:12,13)
En ineens glimlachte Hij en zei: “Het is OK. Het onderwijs is voorbij, laat de les blijven.” En daarmee veranderde Hij het onderwerp en sprak over andere dingen, zoals een vriend een serieus gesprek wat wil verlichten voordat hij weg gaat, en dat is precies wat Hij deed. Hij draaide Zich om, en zoals Zijn gewoonte is, wandelde Hij weg en halverwege de derde stap verdween Hij, ongetwijfeld om aan iemand anders in de wereld te verschijnen, en liet mij daarmee achter na te denken over de diepte van wat ik net geleerd had.
En daar laat ik het nu ook bij – volgende week een ander onderwerp.
Zegen,
John Fenn
www.cwowi.org
mail naar [email protected]