De 7 gemeenten van de Openbaring, 1 van 4
Hallo allemaal,
De boodschappen van de Heer aan de 7 gemeenten in De Openbaring, hoofdstukken 2 en 3, worden al eeuwenlang op verschillende manieren begrepen. Sommige dingen van wat de Heer zegt lijken erg hard, inclusief een dreigement aan één gemeente om hun namen te wissen uit het Boek des Levens.
Ze zijn gevuld met culturele verwijzingen die wij, meer dan 1900 jaar later, missen. Sommigen vatten de 7 op als kerktijdperken, waarbij onze tijd de laatste is, de tijd van Laodecia, de rijke gemeente die dacht dat ze niets nodig had. Deze serie gaat niet over het debatteren van standpunten, maar zal zich richten op de culturele elementen die, wanneer ze begrepen worden, zorgen voor een 'aha' moment en 'nu is het duidelijk'.
De situatie
In Openbaring 1:10 krijgt de apostel Johannes, die verbannen is naar het eiland Patmos, voor de kust van het moderne Turkije, een bezoek van de Heer. Meer nog, hij zegt "ik was in de Geest" en hij zag de Heer in heerlijkheid. Dezelfde term gebruikt hij later, in 4:2, toen hij "in de Geest was en een stem hoorde die zei: Kom hierheen" en naar de hemel werd gevoerd.
Daar, in hoofdstuk 4, zag hij de Vader op Zijn troon, met de regenboog erboven, de heldere vloering ervoor, en de cherubs die "Heilig, Heilig, Heilig" om Hem heen riepen. In hoofdstuk 5 ziet hij het Lam dat gedood was, maar nu leeft en, 'het boek nam uit de rechterhand van Hem die op de troon zit' - zo zien we de Vader in hoofdstuk 4, en de Heer in hoofdstuk 5, die de boekrollen aangereikt krijgt en ze één voor één opent, wat de rest is van De Openbaring van Jezus 'die de Vader Hem gegeven heeft'. (1:1)
Het 'in de Geest zijn' kan een paar dingen betekenen, waaronder het weggenomen worden uit je lichaam in de Geest, naar de hemel, of het zien van de Heer in heerlijkheid - een heerlijkheid die het tere aardse lichaam zou kunnen doden als iemand de Heer in heerlijkheid zou zien. Mozes sprak met God van aangezicht tot aangezicht, zoals een man met een vriend spreekt, en hij was duidelijk 'in de Geest' toen dat gebeurde. Later, in het vlees, moest hij fysiek verplaatst worden naar een spleet in een rots om zich af te schermen voor de heerlijkheid van de Heer. Paulus schreef in 2Corintiërs 12:2 dat hij, toen hij naar de hemel ging, niet wist of hij in zijn lichaam was of uit zijn lichaam. Zo is het om 'in de Geest' te zijn.
Als je 'in de Geest' bent, speelt ons aardse lichaam geen rol en kun je dingen ervaren die je niet zou kunnen als je in je lichaam zou blijven. Op een dag zullen we verheerlijkte lichamen ontvangen, zoals Paulus uitlegt in 1Corintiërs 15, die gemaakt zijn van hemels materiaal, in een hogere staat van bestaan, zodat we de onbeschermde heerlijkheid van God aankunnen. Zoals de apostel Johannes over die dag schreef in 1Johannes 3:2: "...wij zullen Hem zien zoals Hij is".
Johannes ziet de Heer in heerlijkheid
Johannes zegt in 1:11 dat hij 'in de Geest' was en een stem achter zich hoorde - de Heer in heerlijkheid - die zei: "Wat je ziet, schrijf het op en stuur het naar de 7 gemeenten in Asia: Efeze, Smyrna, Pergamos, Thyatira, Sardis, Filadelfia en Laodicia."
In v16-18 zegt de Heer "Ik ben degene die dood was maar nu voor eeuwig levend is" en dat Hij 7 sterren in zijn rechterhand houdt. De betekenis hiervan is dat keizer Domitianus een munt had uitgegeven met een afbeelding van zijn dode zoon. Hij beweerde in seances met zijn dode zoon te spreken en hij gaf een munt uit waarop zijn dode zoon 7 sterren vasthield, die stonden voor de 7 belangrijkste gebieden die Rome had veroverd. Dus wanneer Johannes Jezus ziet en Hij zegt: "Ik was degene die dood was, maar nu leef ik voor eeuwig", en Hij heeft 7 sterren in Zijn rechterhand, dan is dat een berisping aan de Keizer en een verzekering voor de gelovigen dat de Ware en Levende Koning van hen is!
Hoofdstuk 2:1-7 is de brief aan Efeze
Handelingen 19 beschrijft de verbazingwekkende dingen die in Efeze gebeurden. Het was de belangrijkste stad van een Romeinse staat in het moderne Turkije, bekend als 'Asia'. Het was een kleine staat aan de west-centrale kust, en de 7 hoofdsteden zijn de steden waaraan de brieven zijn gericht.
Toen hij voor het eerst naar Efeze ging, trof Paulus ongeveer 12 mannen aan van wie hij aannam dat zij gelovigen waren, maar zij vertelden hem dat zij alleen van Johannes de Doper hadden gehoord. Paulus had hen gevraagd of zij de Heilige Geest hadden ontvangen sinds zij geloofden - wat ons laat zien dat er ook toen vaak een tijdspanne zat tussen de wedergeboorte en het ontvangen van de Heilige Geest. Ik vind het verbazingwekkend dat Paulus, toen hij deze mannen voor het eerst ontmoette, zich daar het meest mee bezighield: hebt u de heilige Geest ontvangen sinds u geloofd hebt? Het was belangrijk voor hem, misschien ook een goed punt voor ons.
Paulus gaf uiteindelijk 2 jaar les op een school, en het Woord verspreidde zich over de hele staat Asia. Die streek had een 'siësta' van ongeveer 11 uur 's morgens tot 4 uur 's middags (16:00), dus hoogstwaarschijnlijk is dat het moment waarop Paulus les gaf. De mensen waren zo ijverig voor de Heer dat ze hun boeken over het occulte verbrandden, en een enorme verstoring in de economie veroorzaakten.
De schatting is dat Efeze ongeveer 250.000 mensen telde, en het is nog steeds een prachtige stad, zelfs in ruïnes. De tempel voor Diana was een van de 7 wereldwonderen van de oude wereld. Overdekte en betegelde trottoirs met ingelegde mozaïeken, een amfitheater met 24.000 zitplaatsen dat zelfs in de moderne tijd nog wordt gebruikt (Elton John en Sting speelden er, en het is nog steeds in gebruik). Toen zij hun occulte boeken verbrandden, ontstond er een oproer waarbij velen zich in het amfitheater verzamelden om antwoorden te eisen. Paul wilde hen toespreken maar moest voor zijn eigen veiligheid de stad uit worden gebracht.
Met 250.000 mensen in de stad heb ik schattingen gezien dat, om de economie zodanig te beïnvloeden dat er een oproer uitbrak, ongeveer 10% of 25.000 mensen waarschijnlijk gelovigen waren. Dat is enorm! Paulus' latere brieven aan Timotheüs gingen over het organiseren van middelen onder de (huis)gemeenten van die tijd, en hoe leiders op te richten, hoe om te gaan met mensen in nood en nog veel meer. Als we uitgaan van 50 mensen per huisgemeente, dan zijn dat 500 huisgemeenten die ze moesten organiseren, waarvan sommigen voltijds in dienst gingen en de middelen coördineerden voor alle noden.
Timotheüs stierf in Efeze in het jaar 97, kort nadat Johannes naar Patmos was verbannen. Hij predikte voor een menigte die zich vervolgens tegen hem keerde en hem zwaar mishandelde, en hij stierf 2 dagen later aan zijn verwondingen.
Het is kort na zijn dood dat Johannes een woord van de Heer krijgt voor Efeze: "Je hebt je eerste liefde verloren. Heb berouw." Krijg het terug. Je doet goede dingen, maar in je hart, bekeer je en zet Mij terug op de troon van je hart, met zoveel woorden. Hij zei de vroegere dagen te gedenken, en dat is een goede les voor ons. Godsdienst maakt ons tot 'mensen-doeners' in plaats van 'mensen-wezens'. En dat is waar Efeze schuldig aan was - in hun hart hadden ze hun eerste liefde verloren, ook al deden ze goede dingen voor anderen. Aan de buitenkant zag alles er goed uit, maar de Heer ziet het hart.
Hij prees hen ook voor het haten van de leer van de Nikolaïeten, die Hij ook haat. Over dat woord is eeuwenlang gediscussieerd, want het betekent 'overwinning van/op het volk'. Het bedrijf Nike en de naam Nicolas hebben dezelfde wortel - dus 'overwinning' (nike) van of op het volk' (leken) - nicolaitane.
Dit zou suggereren dat het ging om een groeiende tendens om een hiërarchie te vormen, waarbij gezag en inspraak aan het volk werden ontnomen. Het zou hun eenvoudige thuisbijeenkomsten bemoeilijken en ze dichter bij de aula-structuur van vandaag brengen - 1 persoon spreekt op elke bijeenkomst met een paar anderen met autoriteit die dat ook mogen doen. En sommigen zonder die bevoegdheid mogen alleen deelnemen. Men zou kunnen stellen dat de tendens tot hiërarchie tot volle wasdom kwam toen het christendom zo'n 200 jaar later werd gelegaliseerd. Constantijn nam heidense tempels over en veranderde ze in gebouwen van God voor het volk, hij riep mensen uit de huiselijke bijeenkomsten - die nieuwe structuur vereiste, net als bij de heidenen, een dergelijke hiërarchie voor een dergelijke structuur.
Jezus dreigde hun kandelaar weg te nemen tenzij zij berouw toonden. Hij zou de gemeente stoppen als ze doorgingen in hun dwaling - dat was de dreiging. Efeze werd inderdaad in 262 door de Goten verwoest, en later verlaten toen de haven verzandde. Het ligt vandaag de dag nog in puin.
De conclusies zijn dat zij de ijver in hun hart voor de Heer hadden verloren, terwijl zij nog steeds "christelijke" dingen deden. Zij waren (misschien) lui geworden en lieten zich door geselecteerde individuen vertellen wat God zei, in plaats van de op participatie gerichte huisgemeente-formule te gebruiken om te delen wat Hij in hun harten aan het doen was. Jezus besluit Zijn instructies in 2:7: "Wie een oor heeft, die hore, wat de Geest tot de gemeenten zegt..."
Hetzelfde is waar in onze tijd - sommigen zouden ongetwijfeld de brief gelezen hebben die Johannes naar hen zond, en zich bekeerd hebben. Anderen 'hadden geen oor om te horen wat de Geest zegt', en gingen gewoon door met hun wat ze deden. Voor ons: krijg geen schuldgevoelens of veroordeling of zelftwijfel, want dat is niet door de Geest in jou. De Heer overtuigt, Hij veroordeelt niet. Overtuiging gaat over God en brengt ons dichter tot Hem. Veroordeling gaat alleen over jou en drijft je weg van God.
Meer steden, meer lessen om te lezen.... tot dan,
zegen,
John Fenn/wk/ak
www.cwowi.org en email me op [email protected]