Ineens was ik in de Geest en stond ik in de hemel, als een toeschouwer van iets waar ik geen idee van had. Ik stond tussen een groot aantal engelen en niemand had mij in de gaten want hun aandacht was op iets in de verte gericht, rechts van ons, waar ik de troon van de Vader kon zien. Ik merkte op dat er een pad liep, vanaf de troon, tussen de engelen door, breed genoeg voor 1 persoon, met engelen opeengepakt aan beide zijden die met groot verlangen keken en zij die het dichtst bij het pad waren, knielden op zowel één als beide knieën.
Ik was in mijn woonkamer, in de Geest, samen met de Heer en mijn engel was ook aanwezig. Hij was klaar mij te onderwijzen en zei tegen mij, toen Hij wegging, dat ik mijn engel een vraag kon stellen. Dus ineens was ik alleen met de engel en wat ik op mijn hart had, was “Hoe kijk jij er tegenaan dat ik in de toekomende eeuwen aan het hoofd sta van jullie?”
Hij had bijna een blik van afschuw op zijn gezicht toen hij antwoordde: “O! Dat is juist! Het is gepast!” en toen ik vroeg waarom, reageerde hij “Weet dat wij Hem kennen als Schepper, maar jij kent Hem als Redder!” Dat was het moment dat ik, zonder waarschuwing, in de hemel was…op de één of andere manier wist ik dat dit gebeuren waar ik nu bij was, een hele tijd geleden plaatsgevonden had, maar alles was stil en de atmosfeer was erg plechtig en heilig, dus ik durfde niet te spreken.
Ineens stapte de Zoon uit het heldere licht van de Vader en liep weg, zonder achterom te kijken, het pad af, naar beneden, dat tussen de engelen liep. Iedereen boog zijn hoofd en vaak ook de schouders als eerbetoon, als Hij passeerde. Hij liep zwijgend verder, tot Hij aan mijn linkerkant uit het zicht verdween. Dit was het moment dat hij Zichzelf ontledigde om in Maria verwekt te worden.
Wat mij tot vandaag de dag bijblijft, is de plechtige atmosfeer in de hemel toen Hij wegging en hoe ik besefte dat de engelen niet volledig begrepen wat er zich voor hun ogen afspeelde – zij hadden niets om dat mee te vergelijken. En ineens was ik weer terug in mijn woonkamer, terwijl de woorden van mijn engel nog steeds in mijn oren klonken: “Weet dat wij Hem kennen als Schepper, maar jij kent Hem als Redder!”
Voor de eerste keer sinds het begin…
Jacobus 1:13 zegt dat God de Vader ons niet test/verzoekt/beproefd met het kwade, omdat Hij niet met het kwade getest/verzocht/beproeft kan worden. De reden daarvoor is eenvoudig – de Vader God heeft geen fysiek lichaam dat verleid kan worden. Hij weet niet hoe het is om moe te zijn, of hongerig, om zere spieren te hebben of om haast te hebben – Hij kent dat niet!
Maar Jezus – Christus werd de mens Jezus en voor de eerste keer kon de Schepper zich invoelen in Zijn schepping. Zoals Filippenzen 2:8-11 zegt, is Hij ‘aan de mensen gelijk geworden.’
Voor de eerste keer is Christus, die door de eeuwen heen aan mannen en vrouwen verschenen was als het Woord van de Heer, en af en toe onze wereld binnen kwam maar nooit met een permanent lichaam, nu beperkt tot één plaats, op één moment, met alle beperkingen daarvan.
In de baarmoeder was Hij nog steeds de Zoon van God, want Lucas 1:41 vertelt ons dat toen Elizabeth 6 maanden zwanger was en de net zwangere Maria haar bezoekt, de toekomstige Johannes de Doper in haar schoot opsprong, door de aanwezigheid van de Heer in Maria en door haar stem. Als baby was Hij nog steeds de Zoon van God, want Lucas hoofdstuk 2 trakteert ons met verhalen over engelen, herders, een oude man en vrouw die aanbidden.
Op de leeftijd van 12 vraagt Hij Zijn ouders: “Wist gij niet dat Ik bezig moet zijn met de dingen mijns Vaders?” Lucas 2:49
Dit moet je weten: Jij en ik moeten ons denken vernieuwen aan de dingen van God. Voor de eerste keer was Hij persoonlijk beperkt tot één plek op één moment om te weten wat het is om moe en hongerig te zijn, om nodig naar de wc te moeten, om onder mensen te wonen en niet meer bovennatuurlijk in en uit hun leven te verschijnen.
Hebreeën 5:7 spreekt over Zijn angst, voor Hij naar het kruis ging: “…Hij is verhoord uit Zijn angst,” en vers 8 zegt dat “Hij gehoorzaamheid geleerd heeft uit hetgeen Hij geleden heeft.” Hij moest gehoorzaamheid leren, al was Hij daarvoor de Koning van allen! Dit was allemaal nieuw voor Hem.
Een nederig makende ervaring
Hoe het leven 2000 jaar geleden was, kunnen wij ons slechts een beetje voorstellen – alsof je gaat kamperen of zo. Buiten naar het toilet moeten, koken boven open vuur, graan malen met een steen, een dier doden en het villen, de organen en het slachtafval sorteren uit het vlees. Maar dat was het leven van Jezus – om van de Zoon van God geweest te zijn, door de Vader gebruikt om het universum te scheppen, te gaan naar DAT!
Zoals ik zei, Hij moest allereerst in de hemel nederig zijn, nederig van hart en zachtmoedig, om bereid te kunnen zijn naar de aarde te komen.
En dan, zoals Filippenzen 2:8 het zegt, “…is Hij gehoorzaam geworden tot de dood, ja, tot de dood des kruizes…” Ja, zelfs de meest pijnlijke dood dat het Romeinse Rijk bedenken kon – niet gewoon dood, maar een kwellende dood en niet eens voor Hemzelf, maar voor de mensheid. Wow.
Terug naar Bethlehem – de boodschap van de engelen
“Ere zij God in den hoge en vrede op aarde bij mensen des welbehagens” is de boodschap van de engelen. Dit is afgezwakt en verkeer begrepen door reclames en pastors, door kerstfeesten voor kinderen en door vaders en moeders.
We gaan de bedoeling begrijpen als we kijken naar wie die uitspraak deden. “En plotseling was er bij de engel een grote hemelse legermacht, die God loofde, zeggende: “Ere zij God in den hoge en vrede op aarde bij mensen des welbehagens.”
Hemelse legermacht betekent ‘hemels leger’
We hebben dit beeld van de onschuldig uitziende, engelachtige kerstkaarten: engelen die zich rondom Bethlehem verzameld hebben en de boodschappende engel ondersteunen die belast is met de taak de herders te informeren dat de Herder-Koning geboren is. ‘Legermacht’ betekent leger – dus die aankondiging kwam van het leger van de Vaders in de hemel, met een boodschap voor de mensheid. Vrede op aarde en de mensen een welbehagen.
Plaats jezelf in hun schoenen. Stel dat jij aan het kamperen bent, in deze tijd. Je zit rondom het vuur, de afgelopen dag doornemend als er ineens een boodschapper van het leger naar jou toekomt en hij wordt verlicht door een schijnwerper met zo’n intensiteit dat het hele veld en de omgeving verlicht is. Hij zegt dat je niet bang hoeft te zijn, want hij heeft goed nieuws, maar natuurlijk ben je erg bang.
Voordat je de diepte van zijn woorden in je kan opnemen, zien je ogen een leger, een ontelbaar aantal, dat tegenover je staat. Deze soldaten zijn zeer goed uitgerust en je weet dat één van hen alleen al jou weg kan vagen. Je bent aan hun genade overgeleverd.
Dan zeggen zij ‘God zegt, en wij zijn Zijn leger: Vrede op aarde en aan de mensen een welbehagen.’ Wat een opluchting! Ze hebben alleen een welbehagen ten opzichte van jou, van ons! In staat ons te vernietigen, maar in plaats van dat te doen, zend de Vader Zijn leger met een vredesverdrag! Het bewijs, de aanbetaling op het verdrag, is in de vorm van een baby, liggend in een voedertrog voor dieren, in zacht materiaal gehuld, dat voor ondergoed gebruikt werd…
Paulus zou later schrijven: “dat God in Christus de wereld met Zichzelf verzoenende was, door hun hun overtredingen niet toe te rekenen, en dat Hij ons het woord der verzoening heeft toevertrouwd.” 2 Korintiërs 5:19
De Here Jezus is zo nederig, zo benaderbaar, maar Hij is zo omdat, zoals Hij zei: “als je Mij gezien hebt, heb je de Vader gezien.” Hij is net als Zijn Vader. En dat is onze levenslange reis, discipelschap genaamd, gelijkvormig worden aan het beeld van Zijn geliefde Zoon. Het is een proces; leer van dat proces te houden en wandel met de Vader, betrek Hem in jouw leven door Hem te complimenteren en geef Hem dank voor de kleine dingen – een prachtige wolk, een ‘toeval’ op het juiste moment, gunst die je gekregen hebt – praat met de Vader en de Heer over alles en wees onder de indruk van de nederigheid van de Almachtige God.
Wat een genade! Volgende week een ander onderwerp,
zegen,
John Fenn
www.cwowi.org
mail naar [email protected]