Rechtbank van de hemel. Worstelen, 6 van 6
Hallo allemaal,
Ter afsluiting van deze serie over de dwaling van de leer van de rechtbank van de hemel, zagen we dat we worstelen tegen geestelijke heersers in de duisternis en onszelf. Niets van dat alles gebeurt in de hemel.
Rechtbank van de hemel zegt dat Satan toegang heeft tot de hemel. Efeziërs 1:20-23, Openbaring 12:8-10 bewijzen dat hij eruit geworpen is, verslagen, en ons alleen hier op aarde aanklaagt, NIET voor onze Vader.
Het zegt dat er een moderne westerse rechtbank in de hemel is waar Satan toegang toe heeft en ons gerechtelijk vervolgt, en dat overleden gelovigen in de hemel in de getuigenbank plaatsnemen om voor jou te getuigen. We hebben laten zien dat een oosterse rechtbank geen westers rechtssysteem is. Gods hof omvat Zijn kinderen, tegen wie niemand een aanklacht kan indienen. Romeinen 8:31-34.
Deze leer zegt dat de zonden van je dode voorouders de reden zijn dat je leven een puinhoop is, maar dat je jouw naam kunt naam zuiveren in de rechtbank van de hemel. Ezechiël 18 en de hele NT-brieven zeggen niets over generaties uit het verleden die de zonde in ons leven bevorderen, integendeel, wij zijn verantwoordelijk voor ons eigen leven, niemand anders.
We staan individueel voor de rechterstoel van Christus en zullen niet in staat zijn om oma of de duivel de schuld te geven. We kunnen niet zeggen 'oma opende die deur in 1883' om te verklaren waarom je niet opgroeide en het Woord gehoorzaamde. We zullen 1 op 1 voor Jezus staan om rekenschap af te leggen van ons leven.
Satan heeft geen macht over ons. Satan gebruikt angst en leugens om ons zover te krijgen dat we hem onze autoriteit geven en vervolgens gebruikt hij onze autoriteit tegen ons. Dat houdt in dat hij ons in formules meesleept, ons laat denken dat we zwak zijn en dat we bang voor hem moeten zijn, zodat we ons gaan richten op onze eigen gevoelens van ontoereikendheid.
Paulus spreekt over worstelen in Efeziërs 6:10-12:
"Ten slotte, wees sterk in de Heer en in zijn machtige kracht. Trek de volledige wapenrusting van God aan, zodat je stand kunt houden tegen de listen van de duivel (Gk: methoden).Want onze strijd is niet tegen vlees en bloed, maar tegen de heersers, tegen de overheden, tegen de machten van deze duistere wereld en tegen de geestelijke machten van het kwaad in de hemelse gewesten."
In de stad Efeze in Handelingen 19:23-41 brak er een opstand uit nadat zoveel gelovigen in het openbaar hun occulte boeken hadden verbrand en de verkoop van afgoden sterk terugliep. De stad was verdeeld en in vers 32 staat dat ze allemaal in de war waren en dat velen niet eens wisten waar het over ging.
Aan die gelovigen schreef Paulus dat we worstelen tegen heersers in de hemelse gewesten, wat in het judaïsme betekent in het geestenrijk. Niet de hemel, maar het geestenrijk.
Hoewel sommigen een doctrine hebben gemaakt over de praktijk van het 'neerhalen van demonische heersers' over een stad, zien we dat niet in Handelingen of in welke brief van het NT dan ook. Niemand bad om bolwerken over Efeze of Corinthe neer te halen voordat ze daar evangeliseerden of terwijl ze samenkwamen in de (huis)kerken. Steden en naties worden veranderd als mensen, één voor één, in Jezus gaan geloven.
In Daniël 10:13, 20 krijgen we een glimp te zien van Satans strijdkrachten die hij de leiding over een natie geeft. Onthoud dat Satan alleen het ware kopieert en verdraait. Dus in deze passages zien we een 'vorst van Perzië' vechten tegen de engel Michaël, van wie we in 12:1 te horen krijgen dat hij de engel is die de leiding heeft over Israël.
Gabriël vertelt Daniël dat hij samen met Michaël zal vechten tegen de geest over Perzië, en als ze klaar zijn zal de prins van Griekenland opstaan. En meer dan 200 jaar later werd Perzië verslagen en Alexander de Grote van Griekenland veroverde hen.
We worstelen in gebed tegen de methoden van de duivel. Niet in de hemel, maar hier op aarde, in gebed; we bidden voor mensen, we bidden voor heersers en allen die gezag hebben, we bidden om vrijmoedigheid, we bidden dat we een rustig, vredig en godvruchtig leven mogen leiden - maar deze worstelingen hebben niets te maken met het feit dat we in een rechtszaak voor de Vader staan om een gunstige uitspraak van onze Vader te verkrijgen.
Paulus schreef in 2Corintiërs 10:3-6
Ons worstelen gaat vooral over onze gedachten en emoties:
...niet naar het vlees voeren wij oorlog, want de wapens van onze strijd zijn niet vleselijk, maar krachtig voor God om bolwerken neer te halen, redeneringen neer te halen, en elk hoog ding dat zich verheft tegen de kennis van God, en elke gedachte in gevangenschap te brengen tot de gehoorzaamheid aan Christus, en gereed zijnde om elke ongehoorzaamheid te wreken, wanneer uw gehoorzaamheid vervuld mag worden.
Het is een worsteling hier op aarde, met onszelf en met de methoden van Satan in het geestenrijk. Gedachten, emoties worden in onszelf in gevangenschap gebracht, ons oude denken moet verdwijnen en nieuw denken brengen we in dat in overeenstemming is met Gods denken. Als je wilt dat je leven getransformeerd wordt, dan is er geen andere manier die in de Schrift wordt voorgesteld dan het vernieuwen van je denken - dan zal je leven getransformeerd worden. Romeinen 12:1-3
Welke gedachten? Welke emoties?
Paulus schreef in 2Corintiërs 2:10-11: "Ik... vergeef allen... opdat Satan geen voordeel over ons zou krijgen, want wij zijn niet onkundig van zijn listen." Hier stelt hij dat onvergevingsgezindheid iemand kan openstellen voor de 'listen' van Satan, waardoor die een voordeel over hem krijgt.
In 2Timoteüs 2:23-26 schrijft Paulus over ruziënde en twistzieke mensen, die daarom door de duivel gestrikt worden en 'door hem gevangen genomen worden naar zijn wil'.
Dat zijn de krachten, dat zijn de gedachten en emoties waarmee we worstelen, de demonische krachten die ons verleiden en op de proef stellen. We worstelen ook met onszelf en worden door de evangeliën en brieven heen opgedragen om de zonde af te leggen en in gerechtigheid te wandelen.
Als Satan in het verleden de bevoegdheid had om God te benaderen om ons te beschuldigen, dan heeft hij dat nu niet meer. Vroeger 'beschuldigde hij ons dag en nacht voor onze God', maar hij werd uit de hemel gegooid. Jezus staat nu ver boven alle machten en heersers in de geestelijke wereld en sluit daarmee de deur voor de vijand. De Vader zegt dat Hij ons gerechtvaardigd heeft, niemand mag Zijn kinderen iets ten laste leggen. We zijn inwoners van het koninkrijk van de hemel en hebben directe toegang als leden van het hof om vrijmoedig naar de troon van onze Vader te komen.
Het is een plaats van veiligheid, van rust, een plaats om barmhartigheid en genade te vinden als we hulp nodig hebben in tijd van nood. Maak er geen westerse hofformule van - "Kom vrijmoedig tot de troon der genade om genade en barmhartigheid te ontvangen in tijd van nood."(Hebreeën 4:16)
Volgende week andere gedachten, tot dan, zegen,
John Fenn/ak
http://www.cwowi.org en e-mail me op [email protected]